WESTEREMDEN – Misschien wel het meest significante beeld was te zien na afloop van het concert van Jonathan Rhodes bij Roodehaan in Westeremden. Een enorme trekker manoeuvreerde met veel voorzichtigheid het terrein op om de tourcamper van de band weer los te trekken. Die was namelijk vast komen te zitten. Net als de camper was de band ook in deze lock down periode vast komen te zitten in het Covid moeras. Er werd weliswaar een prachtige plaat opgenomen, maar het publiek werd gemist. Dat gaat de band de komende periode opzoeken als de plaat ‘Dirt’ verschijnt en het is in de camper met daarbij een eigen podium dat het Groninger gezelschap op reis gaat. Eerst werd zaterdag Erica aangedaan in een proefrun en een dag later Roodehaan. Wat opviel bij dit optreden was hoe goed de zaak in elkaar stak. Een heldere en volstrekt logische setlist, fijne rustige aankondigingen en een prima op elkaar ingespeelde band met een voorman die uitstekend zijn liedjes bracht. Jonathan Rhodes is de band rondom Jürgen Visser. Als frontman, zanger, gitarist en componist het kloppende hart van de band, maar, hij kan het niet alleen en dus bestaat de formatie verder uit Daniël Tanate op gitaar, Pandu Windartono op drums en Michaël Nieuwenweg op bas. Een mooi ingespeeld stel. Het viertal nam rustig het publiek aan de hand met verhalende nummers als ‘Hey Sister’ en iets vlotter, ook nodig om de vele woorden die Visser hier in zijn zinnen heeft gestopt kwijt te kunnen. Vaak is dat een geval haspelen wat dan ontstaat, maar Jonathan Rhodes heeft een tong als Groningens bekendste drafpaard Quicksilver S en maakte het een succes. De aanvang van het concert werd bekroond met het prachtige ‘Caroline’. Jonathan Rhodes is een prima verteller. Hij introduceert zijn nummers vaak met een goed verhaal, zonder dat dit voorgekauwde praatjes zijn, maar juist spontaan en daarin ligt dan de kracht. ‘We Were Young’ schreef hij bijvoorbeeld in de Verenigde Staten over de spookstadjes die als een mijnbouw opleving is uit gepieterd ende mensen verder trekken, over blijven. Een nummer waarin Daniël Tanate, voor de eerste, maar niet de laatste keer, excelleerde op gitaar. ‘Last Man’ werd dan weer heel klein gehouden, maar werd schitterend door een grote intensiteit. ‘Seven’ begon ook klein met de zanger solo, maar werd erg mooi omdat hier een fijne opbouw inzat waarbij de rest van de band bijviel en uiteindelijk het steeds robuster werd. Nu en dan werd het eigen werk gelardeerd met een cover. Voor de pauze het rockenrollende ‘Champagne Corolla’ van Justin Town Earle, maar deze keer was het ‘I’m so Excited’ van The Pointer Sisters die qua covers het meest tot de verbeelding sprak. In het mooie ‘Angela’ met delicate percussie van Pandu Windartono met ondersteuning van Michaël Nieuwenweg werd de rust weer gevonden. Wederom solo, een opbouw die de band vaker gebruikt, ging het verder met ‘At Least I Found You’, opgedragen aan zijn vrouw, die hij verontschuldigde, maar het publiek geruststelde dat het goed met haar ging. Gelukkig maar. Een nummer dat is uitgebracht met zang van Tamar, maar deze Drentse zangeres was deze dag ook niet aanwezig. Het zwaardere ‘Enter A Kingdom’ is al langer een vast hoogtepunt op iedere Jonathan Rhodes setlist, waarna werd afgesloten met het ferme ‘The Fall’. Uiteraard een toegift voor de jarige uitbater Teus en met het uitbundige ‘When I Die’ sloot de band dit concert mooi af. Daarna was de vraag of de terugreis nog zou lukken, maar de hulptroepen waren in aantocht. “Je moet met een krachtige trekker heel voorzichtig en langzaam het los trekken, dan heb je de minste schade”, adviseerde Teus. Of hij het had over de Jonathan Rhodes tour camper of de wereld van de cultuur in het Covid moesras, in beide geval zijn het wijze woorden.
Optredens, Festivals en Podia in het Noorden