Loading...
Recensies 2019

Egbert van der Werff gaat kaal

LEEUWARDEN – “In mijn kale kont”, zo betitelde Egbert van der Werff zijn optreden op het Troubadour Treffen dat in verwacht met de verwachte weersomstandigheden niet in de buitenlucht van de Prinsentuin in Leeuwarden werd gehouden, maar in de beschutting van De Koperen Tuin. Dat is wel zo warm voor een kale kont. Egbert van der Werff had namelijk al 15 jaar niet meer alleen op het podium gestaan en eerlijkheidshalve, dat deed hij ook nu niet. Hij had hulp van een enorme hoeveelheid galm en uit zijn telefoon toverde hij ook wat ondersteunende klanken. De voor de gelegenheid weer in zijn oude stiel van singer songwriter actieve zanger geniet het meeste bekendheid als voorman en oprichter van William Seen’s Transport Music en daarvoor zat hij onder andere in Travis en Lucas. Op zijn palmares staan onder meer de Grote Prijs van Friesland in de categorie singer songwriter en in 2004 een finale plek in de Grote Prijs van Nederland. Met horten en stoten, onder andere door een aantal jaar emigratie naar Canada, zijn daarna albums uitgebracht en de laatste tijden wordt weer veel met de band opgetreden onder andere op het Bevrijdingsfestival. De zanger stond nu dan solo en nu en dan was dat toch wel te merken dat het alleen optreden wat roestig was. Her en der haperde de afstemming even. Op het programma veel werk dat Van der Werff ook met zijn bandgenoten brengt, een enkel nieuw nummer en een sporadische cover. Na een rustige opening wordt het wat vlotter met ‘End of September’. Een nummer waarin Van der Werff zich zelf geen plezier doet door de enorme hoeveelheden galm. Dat is jammer, want dat heeft zijn karakteristieke wat hese, maar erg mooie stem helemaal niet nodig. Nu en dan heeft hij mooie en goede introducties bij zijn nummers. Gloedjenieuw is bijvoorbeeld ‘Dryer Ground’, een nummer dat nog erg vers is, maar erg fraai. Het gaat over dat feestje, waar je noodgedwongen heen moet om wat voor moverende redenen dan ook, maar waar je liever helemaal niet was geweest. Sterk is daarna de uitvoering van ‘Tinseltown is in the Rain’ een jaren 80 nummer van The Blue Nile. Een voordeel van solo spelen, want zijn bandmaten hebben een voorkeur voor liedjes uit de jaren 60 als het gaat om coveren. Mooi is ook het rustige ‘I’m The Ocean’ één van de nieuwere nummers van William Seen’s Transport Music. Daarmee wordt dan al de eindsprint ingezet van Egbert van der Werff die momenten dat hij het publiek compleet inpakte afwisselde met momenten dat de toeschouwers onrustig werden en een gesprek met de buurman begonnen. Ja, solo is toch echt anders dan met vier of vijf op het podium en dat was gewoon even wennen.