Loading...
Recensies 2022Spot Muziek

The Bellrays zetten een ruig punt achter R & B Night

GRONINGEN – In het laatste trio keuze mogelijkheden van R & B Night zit ontzettend veel kwaliteit. Het is haast onmogelijk een keuze te maken voor het slotakkoord van het festival in De Oosterpoort in Groningen. Goede raad is duur, maar komt dan zomaar ineens gratis. Een gelouterde muziekprofessional schuift langs en fluistert: “The Bellrays, die mag je echt niet missen!” Uiteraard is luisteren naar ervaring en kennis altijd goed en niet veel later verschijnt de punk, rock en soul groep op het Groninger podium voor een lekkere felle en stevige show die bij tijden ruig is, maar ook vaak een mooie gevoeligheid heeft. The Bellrays is een formatie rondom oprichters zangeres Lisa Kekaula en gitarist Bob Vennum die al dertig jaar met hun rock ’n soul de wereld over toeren. Eigenlijk al langer, want het duo komt uit een andere formatie die er mee ophield en The Bellrays is er een soort van voortzetting van. Momenteel maken ook Stefan Litrownik op drums en bassist Justin Andres deel uit van de club. Het laatste album, een compilatie met ook materiaal van de duo act Lisa & The Lips heet ‘It’s Never To Late To Fall In Love With The Bellrays’. Dat is precies wat veel R & B Night bezoekers zo laat op de avond nog doen met de rauwe ongefilterde kracht van de formatie met Lisa Kekaula als drijvende voorganger. Op dat album is ook ‘Mine all Mine’ terug te vinden. De stevig rockende openingszet van de band. Een prima begin. Wat rustiger en erg mooi is ‘I can’t hide’, een nummer waarin de zang van Kelaula goed tot zijn recht komt. Krachtig en een lichte mooie heesheid kan ze hier veel energie en veel emotie in kwijt. Gelouterd neemt ze haar publiek op sleeptouw door de show. Op het podium veel expressie en nu en dan grote gebaren. De band heeft het tempo er goed in zitten met het bluesy en erg mooie ‘I don’t wanna cry’, dat afkomstig is van ‘ Punk Funk Rock Soul Vol. 1 een EP uit 2018 die even later werd gevolgd door Vol. 2. Na ‘Power to Burn’ is ‘Living a Lie’ dan het eerste nummer dat zich nog meer kan onderscheiden. Nu en dan even een woord tot het publiek, maar het accent ligt op spelen en dat do de band uitstekend. Het al wat oudere ‘Everybody get up’ is weer erg fijn en feestelijk als oproep tot het hebben van een good time en zo snel het voort. ‘Infection’ is ook zo’n lekkere punky soulsong met gospel invloeden waarin de band excelleert. Een prachtig nummer met iets meer rust. Zo heeft de formatie een mooie afwisseling en blijft, zelfs al afsluiter na een dag vol muziek, ieder nummer zijn eigen identiteit houden. Steeds meer wordt het een heerlijk optreden met nummers als “Junior High’ of ‘Perfect’en ‘Man Enough’. Er wordt naar een mooie en deze keer positief besmettelijk hoogtepunt toegewerkt wat uiteindelijk wordt bereikt via ‘Never let a Woman’ en vooral het schitterende en rustige ‘Love & Hard Times’ in combinatie met ‘Blacklightning’ dat als een explosie over het publiek uitrolt, waarna het publiek langzaam de nacht in gaat, zwaar onder de indruk van The Bellrays.