Loading...
Recensies 2024

Kalme virtuositeit bij Teus Nobel Acoustic Trio

ZUIDHORN – Je kunt virtuositeit uitleggen als een ingewikkeld hoogstandje, maar al te vaak is dat een trucje. Virtuositeit is vooral te herkennen als het vanzelfsprekend lijkt, dat iedereen het kan doen, maar als je het probeert zul miserabel falen. Dat virtuositeit was er volop bij het Teus Nobel Acoustic Trio in een zonovergoten tuin aan De Gast in Zuidhorn tijdens Jazz te Gast. Naturel en kalm laveerde het trio door voornamelijk de nummers van Chet Baker. Een plekje zo in het zonnetje in die tuin met prachtige klanken van het podium was jaloersmakend. Dat was de Edison winnaar dan ook. Op hert moment dat de jassen uit gingen en de temperatuur de hoogte in schoot onthulde Nobel dat hij al alle jaargetijden en weertypen tijdens zijn optredens op het festival had langs zien komen, maar dat hij op dat moment toch met enige afgunstigheid keek naar al die mensen vanonder zijn overdekte plek.

Teus Nobel is een naam in de Nederlandse jazz die eigenlijk geen introductie meer behoeft. De trompettist won een Edison en speelde met Caro Emerald en The Kyteman Orchestra en tal van andere namen. Aanvankelijk was hij met zijn eigen band Liberty Group. In een rap tempo verschijnen de laatste jaren albums als ‘Journey Of Man’, ‘Saudade’, ‘Tanto Amor’, ‘Pleasure Is The Measure’ en ‘Human First’ onder eigen naam of in combinatie met anderen.

In Zuidhorn nam zijn laatste project het voortouw op het podium. Het Chet Baker album ‘Someday My Prince Will Come’ verscheen vier decennia geleden. Het album staat ook een beetje aan de basis van de muzikale loopbaan van Nobel, die grepen werd door de klanken van Baker en het album indertijd nauwgezet bestudeerde en vandaar uit ook veel in zijn eigen werk meenam als bron van inspiratie. Onder de noemer ‘After Hours’ nam hij, ter gelegenheid van dit jubileum, een aantal werken van de plaat van Baker opnieuw op, maar in zijn eigen versie. Wel hield hij de instrumentatie aan met bas en gitaar. Op de zeer succesvolle plaat waren dit Tim Langedijk op gitaar en Thomas Pol op contrabas. In Zuidhorn werd gedurende twee mini concerten van een half uur nagenoeg de hele plaat gespeeld. Het tweede concert begon rustig en ingetogen. Moeiteloos en naadloos wisselende het zwaartepunt in dit stuk van gitaar naar trompet en terug waardoor het mooi stroomde. Fijn deelde Teus Nobel de aandacht door op gepaste momenten even attentie te vragen voor een het spel van Pol of Langedijk. Iets meer aandacht had er ook mogen zijn voor het werk van Baker, waarbij hij toch aangaf dat hij zich baseerde op de erfenis van deze trompet legende, maar nog wat meer wat hem inspireerde of boeide in die nummers was welkom geweest. Een uitstapje naar ‘Little Wings’ van Jimmy Hendrix was een erg fraaie ballad, waarna lekker met een positieve vibe terug werd gekeerd naar het werk van Baker voor een meer uptempo en afwisselendere compositie. Heel fijn was in deze het onbedoelde, maar mooi in het geheel vallende bijdrage van collega trompettist Suzan Veneman wiens noten van een soundcheck op een ander podium zich mooi in het nummer voegden. Nobel cum suis sloten af met het mooiste nummer deze middag. Hij toonde nog even dat je zelfs met de knoppen van de ventielen van een trompet je nog percussie kunt bijdragen. Iedereen werd alvast namens het gezin van Nobel bedankt voor het aanschaffen van een plaat. Terecht, want uiteindelijk moet ook een beroepsmuzikant niet alleen de boterham verdienen, maar ook dat plakje kaas erop. Een concert dat moeiteloos prachtig werd en juist daaruit blijkt het meesterschap.