Loading...
Recensies 2023

Géonne Hartman verzilvert prima album op Grasnapolsky

SCHEEMDA – De Utrechtse Géonne Hartman bracht vorig jaar haar prima album ‘He Went To The Sea’, geproduceerd door Tessa Rose Jackson van Someone, uit en verzilvert dat momenteel met veel optredens en ook op mooie podia. Grasnapolsky in De Toekomst in Scheemda had bijvoorbeeld plek voor haar ingeruimd en de prille singer songwriter met haar band vulden dat prima in. Muzikaal zit Hartman ergens tussen de folk en de pop. Mooie verhalende songs, waarin ze wat te vertellen heeft. Ingetogen liedjes met een poprandje. Denk aan het Nederlandse antwoord op muzikale helden als Laura Marling en Phoebe Bridgers. Dat zijn dan wel grote schoenen om te vullen en dat lukt Hartman nog niet, maar dat is niet erg, want ze staat ook, in vergelijking met beide dames, aan het begin van haar loopbaan, hoewel ze al een EP uitbracht een aantal jaar geleden. Wat duidelijk in haar voordeel pleit is het maken van goede keuzen. De samenwerking met Jackson geeft het wat meer swung en met Bob Barlag op keys, Prashant Samlal op gitaar, Aron Smit als drummer en bassist Sjoerd de Roij heeft ze een prima band om zich heen verzamelt die haar ondersteunde en fraai in de hoofdrol plaatste. Het werken met goede mensen om je heen is zo belangrijk om te kunnen groeien als artiest en om je ingevingen ook praktisch vorm te geven en te kunnen klankborden, zonder je in andermans keurlijf te laten duwen. Het kiezen van goede podia is daarbij ook behulpzaam en een optreden op Grasnapolsky mag je met ere vermelden op je curriculum vitae. In Scheemda ging ze rustig van start met ‘Cotton Grief’. Een liedje dat zich fijn ontwikkelde. Een nummer in het algemene thema van deze plaat, je zelf leren kennen, voor jezelf opkomen en wat je na het beëindigen van een relatie hieruit hebt opgestoken. Hartman liep in het verleden vaak om de hete brij heen om de goede vrede te bewaren, maar leerde dat dan zaken onderhuids blijven broeien. Soms moet je gewoon door zure appels heen bijten. Levenslessen die ze in de introducties nog iets meer mag belichten. Ze voerde het tempo wat op in ‘Reflection’ en dat was een song waarin haar mooie zang prima tot zijn recht wist te komen. Nog wat sneller en vooral wat ijler in de vocale partijen was dan ‘Salt Wind’, wat heel sterk tot zijn recht kwam en een eerste echte hoogtepunt was. Het resulteerde in de zelfverzekerdheid om voor ‘The Building’ om publieksparticipatie te verzoeken, met een bescheiden meezingende massa Grasnapolskiers voor haar podium. Opgestuwd door de drums van Aron Smit met assistentie van de bas van Sjoerd de Roij groeide ‘Landscape’ uit tot het mooiste nummer van de set. Een intrigerende song. Nieuw was ‘Stargazing’. Dermate pril dat de zangeres hiervoor solo ging. De Utrechtse artieste speelde het nummer mooi en bescheiden en dat pakte goed uit in de zeggingskracht. Stil luisterde het publiek wat e te vertellen had in deze primeur. Het einde van de show kwam daarmee inzicht. Heel fijn was ‘I Climbed a Mountain’ waarin zowel een lekker orgeltje van Bob Barlag en het gitaarspel van Prashant Samlal omste beurten muzikaal de aandacht vroegen in dit pittige nummer. Even nog het tempo omlaag in een mooie setopbouw voor ‘Day Dream’ om daarna robuust te eindigen met ‘After a Fall’. Géonne Hartman heeft veel dat in haar voordeel spreekt, maar kan ook nog stappen maken. Prachtige zang, een prima band en goede songwriting, dat zo nu en dan nog wel dat extra kleefrandje mag hebben om zich in de luisteraar vast te plakken en een prima causeur op het podium, maar dit mag best wat inhoudelijker. Een artieste om lekker te blijven volgen die prima aan haar eigen loopbaan en ontwikkeling werkt en dan komen dat soort punten best wel goed.