Loading...
Recensies 2020Spot Muziek

Energie in overvloed bij De Kat

GRONINGEN – Een kat in het nauw maakt rare sprongen, maar in Spot / De Oosterpoort in Groningen werd bewezen dat een kat op het podium eveneens die eigenschap vertoond. De Kat dat was altijd die instrumentale psychedelische bluesband die met veel imponerende gitaren Nederland veroverde. Sinds eind vorig jaar heeft de band een nieuwe bezetting. Zanger Goya Buitenhuis en bassist Milan Edzes zijn gitaristen David Lamain en Erik de Vries komen versterken, terwijl ook Sjors de Ruiter op drums is gebleven. Wat gebleven is, is de basis in de blues van een prima psychedelische variant met rock, garage en surf invloeden. Het bracht de band in het verleden op menig mooi festival, zoals Rhythm & Blues Night, Noorderzon en Burning Man. De toevoeging van een zanger is dan ook een gewaagde stap. In het verleden was juist het samen spel, de solo’s en de sound van beide gitaren met de ritme sectie als fundament de kracht van de band. David Lamain en Erik de Vries zijn daarin bij uitstek op elkaar ingespeeld en een nagenoeg instrumentale formatie is toch iets anders dan weer een bleusrockbandje met een zanger. Op het podium van De Oosterpoort bleek dat de nieuwe ontwikkeling nog niet perfect is, maar met Goya Buitenhuis heeft de band een prima zanger die ook nog eens heel veel rauwe energie met zich meebrengt en zo de band toch meer smoel geeft. Wat nog wel belangrijk is, is dat hij de rust pakt in de aankondigingen, die waren adrenaline gehaast en daardoor welhaast onverstaanbaar. Gedreven ging de formatie van start met ‘Feel the Fear’ en even later werd dat gevolgd door het net iets kalmere ‘Dogs Old Pride’, met sterke tempowisselingen, maar waarin Buitenhuis ook moest oppassen zich niet te overschreeuwen. In zijn zang heeft hij op de momenten dat het net iets rustiger is een fraaie soul klank, zoals naar voren kwam in ‘Going Home’, maar dat verliest hij door soms erg veel tekst in een regel te stoppen of door in het gitaargeweld mee te willen. De liedjes zijn nog duidelijk geschreven met de gitaar als basis en niet de zang. Dat blijkt ook uit de opbouw. Steevast wordt toegewerkt aan een gitaar orgasme van geluid in nagenoeg elk nummer. De wall of gitaarsound was nog teveel een doel en te weinig een middel. Erg mooi, maar op den duur minder verrassend. Een setlist, ook als er maar zes nummers op staan, profiteert van stemmings en snelheidswisselingen. Mooi was ‘Manic Me’ en ook ‘The Hound’ kon boeien, maar met ‘Midnight Light’ had De Kat toch het mooiste voor het laatst bewaard. Een band die niet bang is om een nieuwe richting in te slaan en zich te ontwikkelen. Het is nog niet perfect, maar ja, met kilometers op de bühne en kritisch blijven kijken naar de eigen liedjes verloochent kwaliteit zich op den duur nooit.