Met hun album ‘Årsringar’ brengt het duo Ellinor & Leonor een eerbetoon aan alle Zweedse folk muzikanten die hen voorgingen. Op het tweede album van dit duo worden traditionele melodieën opgepoetst en van nieuwe glans voorzien. Ellinor is Ellinor Fritz, een violiste met als specialisatie deze oude volksdeuntjes en dan speciaal uit de regio Zuid Dalarna de stukken geschreven voor twee violen. Haar partner is niet afkomstig uit Zweden, maar celliste Leonor Palazzo is een Belgische die met haar spel een mooie grondlaag legt, waarop de viool van Ellinor kan gedijen. Het duo heeft elkaar ontmoet in Gothenburg, waar de muzikale vonk oversprong. In 2014 brachten ze hun eerste album uit ‘Mormors trädgård’ wat hun geruime tijd bezig hield met festivals, optredens bij folk evenementen, maar ook uit de richting van de klassieke muziek werd het duo regelmatig geïnviteerd. ‘Årsringar’, het laatste album staat ook met één been in de klassieke wereld en met de andere is het ook duidelijk een folk album. Nagenoeg helemaal instrumentaal hebben Ellonor & Leonor er met respect voor het originele werk toch ook en heel speels, blijmoedig en spontaan album van gemaakt, waarbij zeker ruimte is voor de emotie en weemoed. Het zijn mooie duetten tussen de heldere viool en de 5-snarige cello, die beide een eigen stem hebben en waarbij het stokje steeds mooi wordt overgegeven. ‘Årsringar’ staat voor groeiringen. In veertien ringen laat het duo de ontwikkeling zien van de muziek uit het verleden en wat zij er mee hebben aangevangen. ‘Brudmarsch från Enviken’ is het nummer waarmee je letterlijk en figuurlijk het album mee wordt ingenomen. Een rustig plechtstatige verwelkoming met de donkere cello tonen, met daarboven zwevende de viool klanken en een gloed van Keltische invloeden. Rustig ga je verder. ‘Rörandu kjol mä tre ryntju bak’ is dan iets vlotter en dient vooral om het tempo even op te schroeven, maar beklijft minder dan de opening of ‘Vals efter Saras Jon’ waar het tegen schraagt. In de Zweedse folk is de polka een belangrijk genre als dansmuziek. ‘Hedin 353/354’ biedt de eerste gelegenheid voor een dans, maar het is hier vooral de viool van Ellinor die prachtig zwiert over de donkere tonen van Leonor. Op het album wordt keurig vermeld waar de nummers van afkomstig zijn. ‘Hedin 353/354’ is geschreven door Lars G. Hedin, maar er staat één eigen compositie op en dat is ‘Vallåt’ wat één van de hoogtepunten is en eigenlijk aanmoediging zou zijn om een nieuw album met uitsluitend eigen werk te maken. In dit nummer dat rustig en weemoedig is, worden de stemmen gebruikt als instrument voor een extra laag. ‘Hins Anders polska’ is ook één van de mooiste nummers, net wat meer uptempo en geeft het album die luchtigheid en vrolijkheid mee. ‘Karusellen’ heeft ook die levendigheid van een heldere zonnige dag. Soms is het wat de beperktheid, omdat je in principe maar naar twee instrumenten luistert, maar daar staat tegen over de gevarieerdheid in emotie en composities en natuurlijk de hele hoge kwaliteit van het spel. Naast ‘Vallåt’ is ook het indrukwekkende en donkere ‘Uggelbovalsen’ fantastisch mooi. Na zo’n album wil je in polonaise de deur uit en dat kan, want de afsluiting komt met ‘Polonesse de Nyström’, hoewel dat toch bedaarder is dan wat wij hier onder verstaan.. Een sterk album op de grens van folk en klassiek die een groep liedjes uit vervlogen tijden een triomfant nieuw leven in weet te blazen. Wie het oude niet eerst, dat hebben ze nu gedaan, nu het nieuwe met eigen werk?
Optredens, Festivals en Podia in het Noorden