GRONINGEN – Eerder bekende Dési Ducrot al een emotionele exhibitionist te zijn in een interview. Tijdens haar optreden in Wadapartja stelde de zangeres een narcistische aandachtsgeile persoonlijkheid te hebben. “Ik hou wel van een beetje overdrijven”, relativeerde de Zeeuwse artieste na haar Popronde Groningen optreden met een grote lach. Dus kan de conclusie zijn Dési Ducrot is geen narcistische aandachtsgeile emotionele exhibitionist, maar wel een bijzonder goede artieste met flink veel prachtige liedjes en de wil om daar op het podium een feestje mee te maken. Ducrot gaf dat feestje heel even de kans om op gang te komen met de rustige opening van ‘Wake Up’, maar toonde zich een ongeduldig feestganger, want al snel kwam haar strot op stoom en liet ze zien dat ze een zangeres is die zowel het zorgvuldige als de uithaal niet schuwt en nog belangrijker, ook beheerst. Ducrot is daarmee een uitstekende entertainende zangeres met haar liedjes met één been in de Americana en de andere in de pop. Het zijn tevens fijn gevarieerde liedjes, zoals het aanvankelijk stevig uitpakkende ‘Yellow Fingers’, dat toch een paar mooie verrassende rustpunten herbergde. Hoogtepunt van het optreden was wel de titelsong van haar album ‘In Too Deep’, een rustige en zeer intens gebrachte Americana zong, erg mooi en als dit uit Nashville kwam in plaats van Goes, dan zou iedereen het omarmen. Gelukkig is mooie muziek wellicht geïnspireerd door bepaalde streken, maar niet plaats gebonden. Dat bleek ook letterlijk voor Dési Ducrot en haar gitarist Diederik van den Brandt te gelden. Eerder werd haar narcistische aandachtsgeile opmerking al uitgelokt door het gevoel dat ze in het donker stond. Dat viel wel mee, maar dat ze in het gewelf haar podium had en een stuk lager dan het publiek was minder handig en dus stond het duo halverwege het optreden toch maar op gelijke hoogte en dat was een goede interventie. Mooi was daarna ‘Like A Cape’, lekker rustig en het op een Jersey Shore aflevering met heftige liefdesverwikkelingen gebaseerde ‘Heart on Your Arm’ beviel ook. Wordt deze serie met de stormachtige avonturen van jeugdige Engelsen vol drank, liefde, sex en ruzie vaak als nogal als over de top gezien, de menselijke waarnemer Ducrot constateerde dat juist veel mensen zich in dit liedje herkenden en dus dat de serie weleens dichter bij de belevingswereld van veel mensen kan liggen dan gedacht. Vaak een prima en met rust gebracht verhaal begeleide haar liedjes. Een minder goede keus was, toen de setlist meer tijd bood dan gedacht om de ook van Aidan & The Wild en Maria and the Bandit bekende puike gitarist Diederik van den Brandt de ruimte te geven voor de John Prine cover ‘Angels of Montgomery’, maar bijna elke Americana zanger of band covert dit nummer inmiddels en de Van den Brandt slaagde er niet in veel toevoegen aan het liedjes. Beter was het geweest om dan nog maar de letterlijk direct na het optreden uitkomende single ‘Say It To My Face’ te brengen en daarmee Groningen een klein primeurtje te gunnen. Deze ontbrak echter op de setlist. Het feestje werd afgesloten met het erg mooie ‘Don’t Tell Me You’re A Poet’. Dési Ducrot overtuigde als showvrouw met zelfvertrouwen die zichzelf durft neer te zetten en als songwriter en artieste met het hart op haar tong.
Optredens, Festivals en Podia in het Noorden