Loading...
PoprondeRecensies 2019

Energiek Foxlane haalt de eindstreep in Meppel

MEPPEL – Guus Timmermans verontschuldigde zich met een uitstekend excuus. De zanger van Foxlane had zijn stem nog net voor elkaar na tientallen Popronde shows. Het optreden in de Tapperij in Meppel was alweer nummer 32 in amper twee maanden voor de zanger, gitarist en toetsenist met Foxlane collega’s Joris van der Veeken op drums, bassist Norman Samuels en Christiaan Végh eveneens op gitaar en toetsen. De manier waarop Foxlane zijn live shows speelt is met enorme passie en inzet. Een bekende Meppeler concertorganisator stond na afloop onmiddellijk klaar om ze te boeken in zijn zaal. Hun laatste reguliere Popronde show opende het viertal, nadat iedereen was opgespoord in de gezellige drukte van De Tapperij, met de mooie beeldspraak van ‘Halley’s Comet’ . Met daverende energie denderde de band vanaf het eerste moment vanaf het podium. Onmiddellijk een mooi en aansprekend nummer dat energiek en zonder aanloop werd aangevangen op topsnelheid. Na dat eerste nummer was mee te voelen waarom Timmermans zijn stembanden voelden, zonder dat het overigens veel afdeed aan zijn krachtige zang. Deze zang bleef fier overeind in de snellere nummers als de opener, maar ook in de, naar Foxlane maatstaven, wat rustigere songs als ‘What The Hell Were You Up To’. De band had zo een mooie setopbouw waarbij van robuust, naar iets rustiger werd afgewisseld. In de liedjes soms ook mooie tempowisselingen, zoals in ‘Colourful Lights’ dat het eerste hoogtepunt was in deze show. Ander mooi punt was dat ook anderen nu en dan even de zang overnamen. Joris van der Veeken achter zijn drums had niet alleen een hoofdrol in ‘Never Realised’ maar met zijn stem die net even wat zwaarder was dan die van Timmermans kon ook hij als zanger nummers deels dragen en datzelfde telde voor de rest van de band, maar het zwaartepunt van de zang bleef toch bij de zanger. Een lekkere ongedwongen frontman, die af en toe zijn maten op het podium achterliet en dan al zingende door het publiek dwaalde. Af en toe was het zware rock, maar vaak was toch ook wel een behoorlijke pop ondertoon in de nummers te merken. De teksten, geroemd om hun filosofische karakter, waren bij tijden beperkt te verstaan door de energie en kracht van de band en ook de aankondigingen mogen nog wat meer aandacht hebben. De lekkere aansprekende gitaarriffs van Timmermans en Christiaan Végh en de sterke baslijnen van Norman Samuels tilden het concert toch naar een hoger niveau op het ritme van de strak drummende Joris van der Veeken. Prachtig waren nummers als ‘Birmingham’, waardoor de band via de serie ‘Peaky Blinders’ al een fijn succes te pakken heeft, maar ook het mooie ‘Robot’ beviel zeer. Na ‘Reinc.’ als stevig rockende afsluiter telt alleen dat de band wel de energie van de komeet van Halley moet houden, maar er ook moet voor zorgen dat ze geen passerend natuurverschijnsel worden en een vaste plek veroveren in de Nederlandse popscene na deze veel belovende Popronde.