Loading...
Recensies 2018

Elvis, Freddy Mercury en Johnny Rotten komen samen in The Blue Carpet Band

GRONINGEN – Ergens in een laboratorium in Londen is behoorlijk geëxperimenteerd met het DNA van Elvis, Freddy Mercury en Johnny Rotten. Uit dit experiment is Djamel Abina geboren. De zanger van The Blue Carpet Band herbergt het gevoel van Rock ’n Roll van de King, het showmansship van de zanger van Queen en brengt dat samen met de lak aan regels van de zanger van ‘God Save The Queen’ en ‘Anarchy in the UK’. Opmerkelijke bandnaam overigens. Het schijnt dat in de oefenruimte van de toen nog prille band blauwe tapijttegels lagen. Tegels waarop gespuugd, gekotst, geneukt, geveegd en gezweet was door honderden muzikanten. Juist tijdens een oefensessie moesten deze tegels vervangen worden en werd de bandnaam geboren. The Blue Carpet Band sloot in Lola in Groningen zijn eerste Europese toer af en reisde vanuit Parijs naar de Martinitorenstad. De band maakt rock’n’roll maar dan met een stevige dosis garage en punk erin verwerkt. Als Elvis dertig jaar later jong was geweest had hij geklonken als The Blue Carpet Band nu klinkt. Naast zanger Djamel Abina bestaat de band uit drummer Luke Hackett, gitaristen Brendan Stitch en Dave Linehan en ook centraal geplaatst de koele bassiste Beth Pegler, die het visuele rustpunt is van de band met de vier ruig om haar heen rockende heren die in hoog tempo van start gingen met ‘Rock N Roll Carpet’ en dat doortrokken in het heerlijke haast rockabilly-achtige ‘No Cadillac’. Erg mooi was daarna ‘Mental Case’. Abina haalde vlot zijn publiek binnen met korte en goede aankondigingen en door er ook visueel een fraaie show van te maken. Sterke nummers als ‘I Don’t Wanna Go Home’ of surfrockende ‘Jumble Dance’ vermaakten en als dit ‘Another Night in Hell’ is, dan wordt die plek een stuk aantrekkelijker. Sterke zang, prachtige muzikanten, met erg goed drumwerk van Hackett, die met Pegler samen een prima ritmesectie vormde, waarop de gitaristen goed konden avonturieren en de zang ondersteunen. Veel energie, veel tempo, maar wat nog wat mist waren wat rustpunten. Twaalf liedjes met als verschil in tempo hoog of erg hoog. Daarin zou de band ook af en toe even helemaal moeten kunnen terugschakelen naar een rustig nummer. De mix van rock ‘n’ roll, garagerock en punk werkt als een tierelier en met The Blue Carpet Band krijg je eigenlijk veertig jaar pophistorie in één. Erg mooi was de The Doors cover ‘Break on Through’ die in een veel hoger tempo werd gespeeld dan het origineel, maar wel mooi die dreiging bleef bevatten. Dan nadert het einde van de Europese tour met rasse schreden. ‘Ghengis Khan’ deed ook ooit een poging tot de verovering van Europa en werd nu geëerd in een liedje en dan lijkt er met ‘Hangover Cure’ dan toch even een rustig nummer tot slot te worden ingezet met een kalm intro van Hackett, maar als de band invalt blijkt dit schijn. Als de laatste noten klinken laat Djamel Abina zich voorover, neusbreuk trotserende, van het podium storten en ligt hij languit te controleren of het tapijt van Lola wellicht blauw is. De eerste, maar vast niet de laatste Europese tour van deze Londenaren is ten einde.