MEPPEL – Nee, het dak ging er uiteraard ook af, maar één van de hoogtepunten van het optreden van de Henhouse Prowlers bij Clouso in Meppel was de Peter Koelewijn hit ‘Kom Van Dat Dak Af’, door de band fijn in bluegrassstijl en in het Nederlands gezongen. Een daverende verrassing van deze bluegrassformatie die als ze in Europa toeren altijd als eerste Clouso in Meppel invullen, want dat is na tal van optredens hun thuis van huis geworden. De Henhouse Prowlers, vaste gezichten Ben Wright en Jon Goldfine en jonge honden Chris Dollard en Kyle O’Brien, met als andere basis Chicago, brengen energiek hun set. Dat begon nog alleszins rustig met ´Ain´t It A Shame´ en mooie ´Never Again´. Naast erg goede muzikanten en zangers, vooral Chris Dollard maakte veel indruk, maar elke stem was goed en de samenzang rauw maar subliem, is het een feestje om te kijken naar een show van deze band. In prachtige choreografie stappen de zangers of solisten naar voren, vermijden daarbij botsingen wat geen sinecure is met vier snaarinstrumenten met hals, om bij de centrale microfoon te kunnen. Die microfoon werd ook gebruikt door de verschillende leden voor het vertellen van de verhalen. Bijvoorbeeld over ´Devil´s Horn´ over een ongeluk met een tankwagen die een klein dorpje wegvaagde vlakbij waar Wright opgroeide. Vlot en robuust een hoogtepunt met erg fraai banjospel van Wright zelf. Direct daarna het mooie ‘Honey Bee’, een luchtiger liefdesliedje en daarna van de Grateful Dead ´Mr Charlie´. Met vele jaren ervaring en talloze trips in het buitenland heeft de Henhouse Prowlers een goede gewoonte ontwikkeld. Vaak zijn ze uitgezonden als muzikale ambassadeurs voor de Verenigde Staten en tijdens deze trips naar bijvoorbeeld Afrika, Saoedi Arabië of Kirgizië werd een plaatselijke hit ingestudeerd en verbleugrassed. Het levert mooie en verrassende kennismakingen op. Tijdens hun vele reizen door Afrika pikte het viertal ‘Sitya Loss’ op, het eerste van een aantal, waarvan de Koelewijn hit heel Clouso deed meezingen en in het Swahili ‘Sura Kako’ en in het toegift ook nog op verzoek een nummer uit Kirgizië en het immer vrolijke Afrikaanse ‘Chop My Money’. Daartussen veel prachtige bluegrass nummers veelal van eigen hand. Net nieuw en erg mooi was ‘Don’t Matter (Out Of Tune) en ook tot de hoogtepunten behoorde ‘Walkin’. Door Goldfine prachtig gezongen ‘Carolina Moon’ en even later het mooie ‘Shaddow of a Man’ vol melancholiek staken er ook boven uit. Veel van de nummers waren ook een eerbetoon aan de muzikaliteit van de band. Een Canadese Tune voor de Fiddle van Kyle O’Brien bijvoorbeeld, waarin ook de banjo en gitaar een hoofdrol kregen toebedeeld en de bas van Goldfine een mooie fundering legde. Het einde kwam met het prachtige ‘Lonesome Road’, maar de heren kwamen niet het podium voor een passend toegift, zo gaat dat als je onder vrienden thuis bent. En nu allemaal van dat dak af. Zijn jullie nu helemaal…..Dit is de laatste keer! Ik waarschuw niet meer.
Optredens, Festivals en Podia in het Noorden